Boycot

Dagblad Tubantia/Twentsche Courant, Netherland
October 6, 2006

Boycot

Van de ‘Partij van de Allochtonen’ is de grootste oppositiepartij
veranderd in de ‘Partij van de Armeense kwestie’. Want vooral de PvdA
heeft zich de woede op de hals gehaald van de Turkse gemeenschap in
Nederland, door een kandidaat- Kamerlid van Turkse afkomst te
schrappen. De PvdA eist dat elke kandidaat voor de Tweede Kamer
erkent dat Turkije in 1915 tienduizenden Armeniers de dood injoeg.
Ook het CDA heeft om die redenen twee Turkse kandidaten van haar
kandidatenlijst geschrapt.

Dat de kwestie tot hevige emoties leidt, is niet verbazingwekkend. In
Turkije is het erkennen van deze volkerenmoord strafbaar, en zijn de
gebeurtenissen van destijds onbespreekbaar. Ook veel Nederlandse
Turken zijn in die wetenschap opgegroeid.

Het is echter in het belang van alle betrokkenen, dat de discussie
zich niet blijft beperken tot woede en teleurstelling. Immers: alleen
een inhoudelijk debat kan tot verdergaand inzicht leiden.

Zo roept de handelwijze van PvdA en CDA de vraag op waar eigen
verantwoordelijkheid eindigt en fractiediscipline begint. Wordt een
kandidaat-politicus beroofd van zijn vrijheid van meningsuiting
indien hij een aantal feiten moet erkennen? Zijn Turkse politici
monddood gemaakt?

Het antwoord op die vragen moet ontkennend luiden. Nee, feiten zijn
vaststaande, bewezen geachte gegevens. Van leden van de Tweede Kamer
mag worden verwacht dat ze de feiten kennen en onderschrijven. Welke
betekenis men vervolgens aan die feiten toekent, kan in debat worden
uitgemaakt.

Het belangrijkste verwijt dat PvdA en CDA treft, valt daarom
nauwelijks te onderbouwen. Al in 2004 onderschreef de PvdA- fractie
een motie waarin werd uitgesproken dat er sprake was van genocide op
het Armeense volk. Voor de Turkse achterban kan dit standpunt
onmogelijk een verrassing zijn.

Het risico dat PvdA en CDA zetels verliezen door hun principiele
uitspraak, mag met recht geen rol spelen bij het bepalen van een
standpunt. Partijen moeten helder zijn over hun bedoelingen, ook als
dat stemmen kost. Alleen dan weet de kiezer waar hij aan toe is.

Veel van de kritiek op Turks-Nederlandse politici grenst aan laster

Dagblad Flevoland
October 6, 2006

Veel van de kritiek op Turks-Nederlandse politici grenst aan laster

door WIERD DUK

DEN HAAG – De boze geesten van de Kaukasus zijn de Nederlandse
politiek binnengeslopen. In het debat rond het standpunt van
Turks-Nederlandse politici over de Armeense genocide gedurende de
Eerste Wereldoorlog botsen twee werkelijkheden op elkaar.

Wie door de Kaukasus reist, leert snel de historische gevoeligheden
kennen die in deze regio worden gecultiveerd. Net als op de Balkan is
de geschiedenis hier niet weggestopt in musea, maar leeft ze verder
in verhalen en herinneringen, die van generatie op generatie worden
overgeleverd. Met de feiten neemt men het niet zo nauw. Legenden en
mythen hebben in deze folklore dezelfde waarde – en soms meer
betekenis – als concrete historische gebeurtenissen.

In deze context wantrouwen hele bevolkingsgroepen elkaar: Russen en
Tsjetsjenen, Georgiers en Osseten en ook Armeniers en Azeri’s, welke
laatsten door de Armeniers gemakshalve ‘Turken’ worden genoemd. Voor
de Armeniers geldt ‘de Turk’ (die zijn woongebied niet alleen in het
huidige Turkije heeft, maar in grote delen van de Kaukasus en
Centraal-Azie) als de aartsvijand. De Turkse volkerenmoord op de
Armeense minderheid is voor de inwoners van het straatarme,
christelijke Armenie een reeel bestaand trauma. Zelfs de oorlog met
buurland Azerbeidzjan wordt beschouwd als een strijd tegen ‘de
Turken’ omdat de Azeri’s taalkundig en cultureel nauw aan de Turken
verwant zijn.

Blokkade

De Turken steunden de Azeri’s, onder meer door een economische
blokkade tegen Armenie in te stellen. In de jaren ’90 leidde het
Armeense isolement tot schrijnende toestanden. Naast armoede en een
gebrek aan voedsel en medicijnen leden de Armeniers onder een
ernstige energiecrisis. Woningen werden verwarmd met kaphout en na
enige tijd waren de bomen uit het straatbeeld van de hoofdstad
Jerevan verdwenen. Vele bejaarden, kinderen en zieken overleefden
deze ellendige situatie niet.

Het Armeens-Turkse conflict af te doen als louter historisch is dus
onjuist. Getuige de economische blokkade is de vete hoogst actueel.
En ze houdt nu ook de Nederlandse politiek in haar greep.

Feiten

Het debat over de Armeense genocide dreigt te leiden tot een boycot
van de Tweede Kamerverkiezingen door oorspronkelijk Turkse kiezers.
Zij zijn kwaad omdat drie aspirant-Kamerleden van Turkse afkomst van
de kieslijsten van CDA en PvdA werden geschrapt omdat deze kandidaten
de volkerenmoord op de Armeniers niet bewezen achten. Dit druist in
tegen het officiele standpunt van alle partijen in het parlement.

Volgens de Turkse critici hebben de kandidaten ‘recht op hun eigen
mening’. In hun beleving, waarin mythevorming en nationale trots
concrete historische gebeurtenissen kleuren, is deze eis
waarschijnlijk legitiem. In het rationele Westen echter is men gewend
om te oordelen op basis van feiten. Wat de Armeense massamoord
betreft zijn die door historici onderzocht.

Op basis van die bevindingen werd geconcludeerd dat in 1915 en 1916
in het zuidoosten van Turkije genocide werd gepleegd.

Maar: veel bronnen zijn ‘vervuild’, de documentatie is niet volledig
en ook de Armeniers waren geen lieverdjes. Van Turks-Nederlandse
politici te eisen dat zij volmondig erkennen dat een geplande
volkerenmoord werd uitgevoerd, is voor een aantal van hen een brug te
ver gebleken.

Dat andere politici van Turkse afkomst, onder wie Nebahat Albayrak,
de nummer 2 van de PvdA, niet bezwijken onder de druk uit eigen
kring, laat zien hoezeer zij in de westerse samenleving zijn
geintegreerd. Toch wordt Albayrak, die niks anders beweert dan haar
partijleider Wouter Bos, verweten moedwillig ‘te schipperen’. In de
Volkskrant werd zij beschuldigd van het verkopen van ‘kletskoek met
een nare bijsmaak’ en in Trouw klonken soortgelijke geluiden. Dit
grenst aan laster. Het zou eerlijker zijn om Albayrak en haar Turkse
collega’s, die moeten opereren in het hierboven geschetste
mijnenveld, te prijzen om hun persoonlijke moed.

Turkse Nederlanders ontgoocheld omdat "andere mening" niet mag

Turkse Nederlanders ontgoocheld omdat "andere mening" niet mag

De Standaard, Netherland
October 6, 2006

Turkse Nederlanders begrijpen niet waarom drie van "hun" politici van
de kieslijsten zijn gehaald.

BRUSSEL. Turkse studentenverenigingen trokken gisteren naar het
partijbureau van de PvdA met een petitie. Ze vinden het
onaanvaardbaar dat de sociaal-democraten van de Partij van de Arbeid
en het christen-democratische CDA eind vorige maand drie
kandidaat-Kamerleden van Turkse origine van de lijst hebben geschrapt
omdat ze weigeren de Armeense genocide te erkennen.

Hoe de heisa precies begonnen is, blijft onduidelijk, zegt voorzitter
Ahmet Azdural van het Inspraakorgaan Turken in Nederland: "Vlak voor
het vastleggen van de lijsten is door delen van de publieke opinie of
misschien lobbygroepen in de krant de vraag gesteld of de drie
politici van Turkse origine de Armeense genocide erkenden."

De Nederlandse Tweede Kamer had in december 2004 een motie
goedgekeurd waarin ze de genocide erkende en erop aandrong de zaak te
berde te brengen tijdens de onderhandelingen die de EU met Turkije
voert over toetreding.

Vooral de kranten Trouw en de Volkskrant hielden het potje warm.
Erdinc Sacan (PvdA), Ayhan Tonca en Osman Elmaci (beiden CDA) lieten
weten dat ze niet erkennen dat het Ottomaanse rijk zich in 1915
schuldig maakte aan genocide op de Armeniers. De partijleiding van
PvdA en CDA besloten daarop hun namen van de kieslijsten te halen.

"Dit gaat over integratie", zegt Azdural. "We praten over jonge
politici van Turkse komaf die in Nederland geboren zijn en die geen
specialisten zijn in Turkse geschiedenis. Toch worden ze voor zo’n
keuze gesteld in een kwestie die een geschilpunt vormt tussen Turkije
en de EU. Ik vind dat opmerkelijk."

Tegenover de Volkskrant zei de 63-jarige Talip Demirhan, die acht
jaar lid was van het hoofdbestuur van het CDA: "Ons wordt gevraagd of
onze overgrootvader een massamoordenaar is geweest. Als hij dat zou
zijn geweest, mag hij van mij de hel in. Maar waarom moet ik daarover
verantwoording afleggen aan tante Truus en ome Jan? Omdat het aan hun
normen en waarden voldoet? Dan zeg ik: sodemieter op met je normen en
waarden."

Volgens de Nederlandse krant overwegen de Turken zelfs de komende
parlementsverkiezingen op 22 november te boycotten. Dat zou vooral de
PvdA zuur kunnen opbreken: van de 235.000 Nederlanders van Turkse
origine die mogen gaan stemmen en samen goed zijn voor drie zetels,
heeft volgens het peilingbureau NIPO iets minder dan de helft een
boontje voor de sociaal-democraten.

"Van een massale boycot is geen sprake", sust Azdural. "We ontvangen
wel signalen van vooral Turkse jongeren dat ze het gevoel hebben dat
er in Nederland geen ruimte is voor een andere mening. Veel mensen
zijn teleurgesteld en hebben de indruk dat ze niet welkom zijn. Wij
willen alle Turkse organisaties bij elkaar roepen om een
gemeenschappelijke gedragslijn af te spreken." (bar)

ONDERZOEK – Senator Van Thijn: ‘Armeense zaak escaleert’

De Gelderlander, Netherland
October 6, 2006

ONDERZOEK – Senator Van Thijn: ‘Armeense zaak escaleert’

DEN HAAG – De vraag of het Armeense volk in 1915 slachtoffer is
geworden van een genocide, wordt ‘van alle kanten te veel op de spits
gedreven’.

Door onze redactie binnenland

Die waarschuwing uit PvdA-Eerste Kamerlid Ed van Thijn, naar
aanleiding van het schrappen van de lijst van Turkse Kamerkandidaten
van PvdA en CDA die weigeren te erkennen dat het genocide was. "Er is
bij mij geen twijfel over het genocideachtige karakter van wat er
toen gebeurde," aldus Van Thijn. "Maar we kunnen niet generaties lang
leven op basis van haat en wraakgevoelens."

Ook GroenLinks-leider Femke Halsema maakt bezwaar tegen de eis die
aan Turks-Nederlandse politici wordt gesteld. De kwestie leidt tot
onrust in de Turkse gemeenschap. Vertegenwoordigers waarschuwen dat
hun achterban de verkiezingen kan boycotten, wat vermoedelijk vooral
de PvdA zou treffen.

Uit onderzoek blijkt dat dat niet het geval is. De Turkse kiezer
lijkt voorlopig PvdA (en ook CDA) trouw te blijven, ondanks het
schrappen van Turkse kandidaat-Kamerleden van hun lijst voor de
Kamerverkiezingen van 22 november. Wel is de woede onder Turken nog
steeds groot. Gisteren demonstreerden tientallen Turkse jongeren bij
het PvdA-kantoor in Amsterdam.

Senator Van Thijn denkt dat de lucht geklaard kan worden door een
Turks-Armeense commissie van historici in het leven te roepen. De
Turkse premier Erdogan heeft zich eerder ook in die zin uitgelaten.

Voormalig PvdA-minister van Buitenlandse Zaken Max van der Stoel
steunt het schrappen van de lijst van kandidaten van Turkse komaf die
weigeren de Armeense massamoord te erkennen. "Je kunt niet van de
kandidaten verwachten dat ze erkennen dat er een genocide was. Maar
ze moeten in elk geval blijk geven van hun bewustheid van wat er is
gebeurd."

De genocide

De moord op honderdduizenden Armeniers vond plaats in 1915.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog koos het Ottomaanse Rijk (nu Turkije)
partij voor Duitsland, waardoor het in oorlog raakte met Rusland.

De Armeniers wilden in die periode hun onafhankelijkheid verwerven.
In het Russische leger streden zeven Armeense brigades mee.

Als represaille werden op 24 april 1915 enkele duizenden leden van de
Armeense elite zonder vorm van proces vermoord in Constantinopel
(Istanbul).

Deze dag wordt door de Armeniers herdacht als het begin van de
volkerenmoord.

Uit angst dat meer Armeniers zich bij de Russen zouden aansluiten,
besloot de Turkse regering tot deportatie van de Armeniers naar de
Syrische woestijn. Deze deportatie liep (waarschijnlijk doelbewust)
uit de hand en resulteerde in de volkerenmoord.

In mei 1918 werd het onafhankelijke Armenie gesticht. Dit rijk vocht
aan de zijde van de geallieerden. De noordoostelijke provincies van
het Ottomaanse Rijk werden aan Armenie toegevoegd. In 1920 vocht
Armenie met Turkije de Turks-Armeense Oorlog uit. Met de overgave van
de Ottomanen werden de grenzen van het nieuwe Armenie bekrachtigd in
het Verdrag van Sevres van 1920. De Ottomanen zagen de samenwerking
van de Armeniers op Ottomaans grondgebied als verraad, te meer omdat
ze eerst hadden verklaard neutraal te blijven in de oorlog.

From: Emil Lazarian | Ararat NewsPress

Nederlandse partijen schrappen kandidaten die Armeense genocide niet

Nederlandse partijen schrappen kandidaten die Armeense genocide niet erkennen

Het Nieuwsblad, Netherland
October 6, 2006

De Turkse gemeenschap in Nederland reageert ontgoocheld nu drie
politici van de kieslijsten zijn gehaald van de sociaal-democratische
PvdA en de christen-democratische CDA omdat ze weigeren de Armeense
genocide te erkennen. De Nederlandse Tweede Kamer had in december
2004 een motie goedgekeurd waarin ze de genocide erkende en erop
aandrong de zaak te berde te brengen tijdens de onderhandelingen
over de Turkse toetreding tot de Europese Unie. Erdinc Sacan (PvdA),
Ayhan Tonca en Osman Elmaci (beiden CDA) lieten daarop weten dat ze
niet erkennen dat het Ottomaanse rijk zich in 1915 schuldig maakte
aan genocide op de Armeniers. Ze werden daarop door hun partijen van
de kieslijsten gehaald. (bar)

Binnenhof in greep genocide Armeniers

Provinciale Zeeuwse Courant. Netherland
October 6, 2006

Binnenhof in greep genocide Armeniers

door Wierd Duk

De boze geesten van de Kaukasus zijn de Nederlandse politiek
binnengeslopen. In het debat rond het standpunt van Turks-Nederlandse
politici over de Armeense genocide gedurende de Eerste Wereldoorlog
botsen twee werkelijkheden op elkaar.

Wie door de Kaukasus reist, leert snel de historische gevoeligheden
kennen die in deze regio worden gecultiveerd. Net als op de Balkan is
de geschiedenis hier niet weggestopt in musea, maar leeft ze verder
in verhalen en herinneringen, die van generatie op generatie worden
overgeleverd. Met de feiten neemt men het niet zo nauw. Legenden en
mythen hebben in deze folklore dezelfde waarde – en soms meer
betekenis – als concrete historische gebeurtenissen. In deze context
wantrouwen hele bevolkingsgroepen elkaar: Russen en Tsjetsjenen,
Georgiers en Osseten en ook Armeniers en Azeri’s, welke laatsten door
de Armeniers gemakshalve ‘Turken’ worden genoemd. Voor de Armeniers
geldt ‘de Turk’ (die zijn woongebied niet alleen in het huidige
Turkije heeft, maar in grote delen van de Kaukasus en Centraal-Azie)
als de aartsvijand. De Turkse volkerenmoord op de Armeense minderheid
is voor de inwoners van het straatarme, christelijke Armenie een
reeel bestaand trauma. Zelfs de oorlog met buurland Azerbeidzjan
wordt beschouwd als een strijd tegen ‘de Turken’ omdat de Azeri’s
taalkundig en cultureel nauw aan de Turken verwant zijn. De Turken
steunden de Azeri’s, onder meer door een economische blokkade tegen
Armenie in te stellen. In de jaren ’90 leidde het Armeense isolement
tot schrijnende toestanden. Naast armoede en een gebrek aan voedsel
en medicijnen leden de Armeniers onder een ernstige

energiecrisis. Woningen werden verwarmd met kaphout en na enige tijd
waren de bomen uit het straatbeeld van de hoofdstad Jerevan
verdwenen. Vele bejaarden, kinderen en zieken overleefden deze
ellendige situatie niet. Het Armeens-Turkse conflict af te doen als
louter historisch is dus onjuist. Getuige de economische blokkade is
de vete hoogst actueel. En ze houdt nu ook de Nederlandse politiek in
haar greep. Het debat over de Armeense genocide dreigt te leiden tot
een boycot van de Kamerverkiezingen door oorspronkelijk Turkse
kiezers. Zij zijn kwaad omdat drie aspirant-Kamerleden van Turkse
afkomst van de kieslijsten van CDA en PvdA werden geschrapt omdat
deze kandidaten de volkerenmoord op de Armeniers niet bewezen achten.

Eigen mening

Dit druist in tegen het officiele standpunt van alle partijen in het
parlement. Volgens de Turkse critici hebben de kandidaten ‘recht op
hun eigen mening’. In hun beleving, waarin mythevorming en nationale
trots concrete historische gebeurtenissen kleuren, is deze eis
waarschijnlijk legitiem. Het rationele Westen echter is gewend om te
oordelen op basis van feiten. Van Turks-Nederlandse politici te eisen
dat zij volmondig erkennen dat een geplande volkerenmoord werd
uitgevoerd, is voor een aantal van hen een brug te ver gebleken. Dat
andere politici van Turkse afkomst, onder wie Nebahat Albayrak, de
nummer 2 van de PvdA, niet bezwijken onder de druk uit eigen kring
laat zien hoezeer zij in de westerse samenleving zijn geintegreerd.
Toch wordt Albayrak, die niks anders beweert dan haar partijleider
Wouter Bos, verweten moedwillig ‘te schipperen’. GPD

Russia Searches for Reserve Options of Military Cargo Transit to Its

Russia Searches for Reserve Options of Military Cargo Transit to Its Base in Armenia

PanARMENIAN.Net
06.10.2006 15:52 GMT+04:00

/PanARMENIAN.Net/ Russian State Duma almost unanimously ratified the
agreement with Georgia on transit of Russian troops and arms across
the Georgian territory. The agreement also stipulates the order of
transit of arms and personnel through Georgia for the Russian base
in Gyumri, Armenia. The documents also define the term and order of
temporary functioning of the military bases in Akhalkalaki and Batumi:
the former should be closed before the end of 2007, while the latter
– before the end of 2008. By that time withdrawal of other Russian
military objects from Georgia will finish. Meanwhile, Deputy Chief
of the Russian Armed Forces Headquarters Alexander Skvortsov stated
today that Russia searches for reserve options of military cargo
transit to its base in Armenia, reports NEWSru.com.

Armenian Genocide Denial by a Few Candidates May Upset Dutch Electio

Armenian Genocide Denial by a Few Candidates May Upset Dutch Election

PanARMENIAN.Net
06.10.2006 17:28 GMT+04:00

/PanARMENIAN.Net/ Dutch MP candidates had clearly stated in the past
that, in their view, the Genocide of Armenians in Turkey in 1915 had
not taken place.

This view is contrary to the official policy of the Dutch government
and of the parties themselves, stated columnist RadioNetherlands
Andy Clark, the Federation of Armenian Communities of Holland
told PanARMENIAN.Net. "It might seem a little strange but the
Armenian Genocide of 1915 has become an issue in the run up to the
Dutch elections. The two leading parties in the opinion polls have
kicked out prospective MPs because they deny that the Genocide took
place. The candidates, one from the opposition Labour Party and two
from the biggest coalition party – the Christian Democrat CDA – are
Dutch/Turkish politicians. It made the headlines after questions were
raised by the Armenian community in the Netherlands when the names of
the candidates were made public on the party lists for the November
elections, and a heated discussion soon followed," the columnist notes.

He cites Tineke Huizinga from the Christian Union – a small party
in the parliament which introduced an initiative in 2004 saying that
the government has to push for recognition of the genocide in Turkey
as part of the negotiations for Turkey’s desired accession to the
EU. That initiative was unanimously accepted. Ms Huzinga explains
the official Dutch position: "More than one and a half million people
were murdered during the time of World War I by Turkey and this was
a genocide and you can absolutely compare this with the Holocaust."

It was a clash with this position that brought the CDA candidates
Ayhan Tonca, Osman Elamci and Labour Party candidate Erdinc Sacan
into problems with their parties. Ayhan Tonca has constantly denied
the genocide occurred: "The genocide that people talk about never
took place." Although he doesn’t deny that hundreds of thousands of
people died, he argues that there needs to be further investigation
to see if the killings were consciously carried out by the Turkish
government at that time. Deliberate and conscious persecution would
constitute genocide, the Dutch Radio columnist underscored.

Armenians in Holland against MP Candidates Denying Armenian Genocide

Armenians in Holland against MP Candidates Denying Armenian Genocide

PanARMENIAN.Net
06.10.2006 16:02 GMT+04:00

/PanARMENIAN.Net/ Leaders of the Armenian community of Holland
were invited to the Foreign Ministry to meet with Chief of the
South Eastern Europe Department Henk Voskamp, who explained the
position of the Netherlands in the Armenian-Turkish relations. As
PanARMENIAN.Net was informed from Hague, activation of the Armenian
community is due to the parliamentary election scheduled on November
22, in which ethnic Turk candidates will also take part. We remind
that 3 candidates are already left out of the lists of the Labor and
Christian-Democratic Parties for denial of the Armenian Genocide. On
behalf of the Federation of Armenian Organizations of the Netherlands
statements were sent to leaders of Dutch parties, drawing special
attention to the Armenian Genocide issue, which resulted in radical
measures by the leaders. As a result they can lose votes of ethnic
Turks, which number over 300 thousand in Holland.

Armenian Genocide Bill "Headache" for Swiss Justice Minister

Armenian Genocide Bill "Headache" for Swiss Justice Minister

PanARMENIAN.Net
06.10.2006 16:33 GMT+04:00

/PanARMENIAN.Net/ "Swiss draft bill, which would penalize those, who
deny the existence of the Armenian Genocide poses a predicament to
freedom of speech," said Swiss Justice Minister Christoph Blocher
to his Turkish counterpart Cemil Cicek in the Turkish capital
of Ankara. "There is a dilemma between this law and freedom of
speech. This law is giving us headache too," said Christoph Blocher
to Mr. Cicek regarding the Armenian Genocide bill in his country,
reports the Zaman.